Vallisneria spiralis
De groep van de vallisneria's is waarschijnlijk een van de bekendste plantensoorten in onze aquaria. Het is wel verwonderlijk dat deze plant, vooral bij de aquarianen die al lang met de hobby bezig zijn, haast niet voorkomt. Als je er naar zo vragen waarom ze deze plant niet in hun aquarium hebben staan, krijg je waarschijnlijk ten antwoord "omdat het een wat moeilijke plant is, die hard water nodig heeft". Maar daarom is het wel een plant, die een heel decoratieve werking heeft in de bak. Het geslacht Vallisneria kent verschillende ondersoorten, waarvan er maar enkele in onze aquaria voorkomen. De meest bekende is de Vallisneria spiralis, ook wel de gewone Vallisneria genoemd. Deze plant is kosmopoliet, d.w.z.. dat hij over de gehele wereld voorkomt. De naam zorgt nog wel eens voor verwarring omdat deze naam veelal wordt gegeven aan de schroefvallisneria. Dit komt omdat het woord spiralis wordt geassocieerd met draaien. De naam spiralis heeft de plant echter te danken aan de wijze waarop de vrouwelijke bloem zich terug trekt onder water. De plant heeft lange, smalle bladeren, die uit een rozet groeien en een halve tot anderhalve cm. breed zijn. De lengte varieert van 40 tot 60 cm.
De
voortplanting geschiedt door uitlopers, die op bepaalde afstanden weer
nieuwe plantjes geven. Dit betekent wel, dat als deze plant het in uw
aquarium goed doet, u hem wel in de gaten moet houden want anders groeit hij
door de hele bak heen. Ook kan door middel van zaad tot voortplanting worden
over gegaan. De vrouwelijke bloem groeit dan via een lange stengel naar het
wateroppervlak, terwijl de mannelijke bloem onder water, dicht bij de wortel
groeit. Deze bloem zit in een omhulsel dat open scheurt waardoor de bloem
naar boven drijft en daar de vrouwelijke bloem bevrucht. Als de zaden rijp
zijn worden ze uitgestoten en dragen ze bij tot het in stand houden van de
plant.
Naast de V. spiralis komen nog diverse andere Vallisneria soorten voor, zoals de eerder genoemde schroefvallisneria oftewel de V. asiatica. Deze wordt gevonden in Zuidoost Azië. De bladeren van deze soorten worden niet zo lang en breed als die van de V. spiralis (ongeveer 8mm breed en hooguit 40 cm lang). In niet al te hoge aquaria kan het plantje goed worden gebruikt voor achtergrondbeplanting. Bij grote bakken als zijkant of middenbeplanting. De vermeerdering geschiedt d.m.v.. uitlopers. Ook kennen we nog de V. gigantea (reuzenvallisneria). Zoals de naam reeds zegt, kunnen bladeren van deze soort wel 2 meter lang worden, de breedte kan 4 cm bedragen. De vindplaatsen zijn Nieuw Guinea en de Filippijnen. De plant stelt wat andere eisen dan de voorgaande soorten. Zo heeft hij graag wat zachter water en houdt hij nogal van ijzer. Een plant dus, die alleen geschikt is voor de grotere aquaria. Nog een reuzenvallisneria die wij kennen, is de V.neotropicalis ofwel de rode reuzenvallisneria. Het uiterlijk daarvan is gelijk aan dat van zijn soortgenoot al zijn de vindplaatsen heel andere, nl. het zuiden van de Verenigde Staten en Cuba. De rode kleur van deze plant kan in het aquarium worden behouden, doch is afhankelijk van de belichting. Voorts is er nog een dwergvorm bekent, nl. de V. americana. Deze wordt niet groter dan ongeveer 20 cm en is geschikt voor beplanting van het middengedeelte, terwijl hij in grote aquaria ook als voorgrondbeplanting dienst kan doen. De vindplaats van dit plantje is Noord-Amerika.